Cornelis Springer (1817-1891) gesigneerd en gedateerd 1837 paneel, afm. 28 x 35 cm |
Cornelis Springer was een zoon van de Amsterdamse aannemer-timmerman Willem Springer. Hij was voorbestemd huisschilder te worden en werkte in de jaren 1832-1833 in de decoratiewerkplaats van Andries de Wit, een vriend van zijn vader. In die tijd leerde hij de principes van bouwkundig tekenen en perspectiefleer van zijn oudste broer Hendrik Springer, die bouwkunde doceerde aan de Academie voor Beeldende Kunsten in Amsterdam.
Op advies van De Wit, die zijn schilderstalent onderkende, schreef Springer zich in op de Tekenschool, waar hij les kreeg van twee docenten die hun sporen hadden
verdiend: Jacobus van der Stok (1795-1864) en Hendrik Gerrit ten Cate (1803-1856). Aangezien dit landschapschilders waren, verwondert het niet dat Springer in 1834 – net 17 jaar oud – op de Levende Meesters debuteerde met een schilderij getiteld ‘Landschap bij Osdorp’.
Ofschoon Springer zich in eerste instantie bekwaamde als landschapschilder, ging zijn werkelijke ambitie uit naar het vastleggen van stedelijk schoon. Om die reden koos hij ervoor om in 1835 in de leer te gaan bij Kaspar Karsen, een gereputeerd schilder van stadsgezichten. Hier leerde hij de fijne kneepjes van het vak. Karsen was een typische vertegenwoordiger van het romantische stadsgezicht. Zijn schilderijen beelden zelden bestaande locaties af, maar zijn ontsproten aan de fantasie en geven een sterk geromantiseerd beeld van de werkelijkheid. Soms klopt één element wel, zoals een herkenbare toren of een bepaald prominent gebouw, maar is de rest erbij gefantaseerd.
Met een mooi woord noemen we dit een capriccio. Het is niet verwonderlijk dat Springer zijn
leermeester Karsen hierin aanvankelijk volgde. Hij schilderde in de eerste jaren van zijn carrière voornamelijk gefantaseerde stadsgezichten, waarvan dit schilderij een goed voorbeeld is. Het dateert uit 1837, het laatste jaar dat Springer les had van Karsen. Het schilderij behoort daarmee tot de vroegste stadsgezichten van Springer. In de compositie en mate van verfijning geeft het duidelijke invloeden te zien van zijn leermeester Karsen.
Arnold Ligthart
Arnold Ligthart is gastconservator van het Zuiderzeemuseum in Enkhuizen. Hij bereidt een nieuwe monografie voor over Cornelis Springer, die verschijnt bij de aanstaande expositie in het Zuiderzeemuseum.
Het Zuiderzeemuseum in Enkhuizen zou dit schilderij graag opnemen in de expositie ‘Door het oog van Springer’, die wordt gehouden van 12 december 2015 tot en met 27 maart 2016.
Herkomst:
Collectie Hamilton Palace, 1919
Veiling Sotheby’s Londen, 1 maart 1972, lot 156
Particuliere collectie
Literatuur:
W. Laanstra, H.C. de Bruijn, Dr. J.H.A. Ringeling,
Cornelis Springer (1817-1891), Utrecht 1984, no. 37-01 op p. 40 (afgebeeld)
Dit schilderij wordt geveild op 3 juni 2015.
Meer informatie over onze schilderijenveilingen:
Jeroen de Kuyper